Christus’ geschenken aan ons

Boodschap van de gebiedsleiding

Elder Tunnicliffe
Ouderling K. Roy Tunnicliffe Gebiedszeventiger

In de maand december verkleden kinderen zich in badjassen en handdoeken om op school of in de kerk het kerstverhaal uit te beelden.  Hun verhaal eindigt meestal met de wijzen uit het oosten die het kindje Jezus vinden en Hem goud, wierook en mirre als geschenk aanbieden.

Die geschenken zijn erg bijzonder.  Hoewel sommigen geloven dat ze met een praktische bedoeling werden geschonken, ligt het meer voor de hand dat ze een symbolische betekenis hadden.

De drie geschenken die aan Jezus werden gegeven, waren niet alleen een voorafspiegeling van het leven dat Hij zou leiden,[i] ze verkondigden ook de gaven die onze Heiland ons door zijn zending en zijn zoenoffer zou geven.

Goud is typisch een geschenk voor koningen,[ii] omdat het symbool staat voor koningschap.[iii]

Goud herinnert ons er ook aan dat Jezus Christus de weg naar verhoging voor ons heeft vrijgemaakt.  Allen die Jezus Christus als zijn verbondsdiscipelen volgen en tot het einde toe volharden, zullen een ‘kroon van gerechtigheid’ ontvangen.[iv]  Die ware volgelingen van Christus zijn een ‘uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterschap, een heilig volk’.[v] Dankzij Jezus Christus kunnen wij op een dag ‘tronen, koninkrijken, prinsdommen en machten, heerschappijen en alle hoogten en diepten beërven’.[vi]  Goud herinnert ons aan de scepter onder alle geschenken – verhoging – die ons alleen door Jezus Christus, de Koning der koningen, mogelijk is gemaakt.[vii]

Wierook wordt gemaakt van een zoete boomhars en werd gebruikt bij priesterschapsverordeningen – voor brandoffers, en in olie voor het zalven van priesters.[viii]  Wierook wijst erop dat Jezus de grote Hogepriester is,[ix] en herinnert ons er bovendien aan dat Hij ook het Lam van God[x] is – het ‘groot en laatste offer […] ja, oneindig en eeuwig’.[xi]

Wierook doet ons denken aan de gave van liefde van de Heiland, een liefde die zo sterk was dat Jezus zijn leven neerlegde.  ‘Niemand heeft een grotere liefde dan deze […]’[xii]

In het Nieuwe Testament wordt mirre vanwege de conserverende eigenschappen meestal geassocieerd met het balsemen en begraven van de doden.[xiii] We kunnen de medicinale toepassingen van mirre zien als een symbool van de rol die Christus had als de grote Geneesheer, en het gebruik ervan bij begrafenissen kan een symbool zijn van de ‘bittere beker’ die Hij uitdronken toen Hij voor onze zonden leed.[xiv]

Mirre herinnert ons er ook aan dat Jezus Christus ‘de banden van de dood [heeft] verbroken’.[xv] Jezus heeft ons de gave van de opstanding geschonken.  Hij is vrijwillig gestorven en heeft zijn leven weer opgenomen, zodat wij hetzelfde kunnen doen.  De dorre beenderen van de doden die Ezechiël zag, zullen op een dag als levende zielen weer tevoorschijn komen.[xvi]

Gezien de onzelfzuchtige, vriendelijke aard van de Heiland is het geen verrassing dat de geschenken die Jezus als baby kreeg, voor ons welzijn worden geheiligd, ons terug worden gegeven, en ons op een symbolische manier herinneren aan de kostbaarste gaven die de Heiland de mensheid geeft.

In afdeling 88 van de Leer en Verbonden krijgen we de raad:

‘Want wat baat het een mens indien hem een geschenk wordt gegeven en hij het geschenk niet aanneemt? Zie, hij verheugt zich niet in hetgeen hem wordt gegeven, evenmin verheugt hij zich in hem die de gever is van het geschenk.’[xvii]

Wellicht is een van de grootste geschenken die we onze Heiland in deze kersttijd kunnen geven, zijn geschenken aan ons werkelijk te ontvangen en te koesteren.

Dan zullen we ons erop toeleggen die geschenken onder de aandacht van anderen te brengen.

Ik getuig dat Jezus Christus de Zoon van God, de grote Immanuel, de gever van alle goede geschenken is.


[i] New Era, Thoughtful Gifts, Rebekah Atkin, december 2011

[ii] 1 Koningen 9:14, 28

[iii] New Era, Thoughtful Gifts, Rebekah Atkin, december 2011

[iv] LV 29:13 (cursivering toegevoegd)

[v] 1 Petrus 2:9 (cursivering toegevoegd)

[vi] LV 132:19 (cursivering toegevoegd)

[vii] 1 Timotheüs 6:15

[viii] New Era, Thoughtful Gifts, Rebekah Atkin, december 2011

[ix] Hebreeën 4:14–15

[x] 1 Nephi 10:10

[xi] Alma 34:10–15

[xii] Johannes 15:13

[xiii] Johannes 19:39–40

[xiv] LV 19:18–19

[xv] Mosiah 15:8–9

[xvi] LV 138:43

[xvii] LV 88:33